Jane Austen Society Nederland

 

                                                                                    Mansfield Park Musings        

 

 

                                                                                                        Celebrating 200 years Mansfield Park   

                                                                

                                                                                                                                                   1814 - 2014

 

 

 

 

 

 

              
 

 

                       Fanny Price: to like or not to like

 

                                   door  Karin Quint

 

                               


Onlangs las ik een blogje over Persuasion, geschreven door een jonge vrouw die het boek voor het eerst had gelezen. Wat haar aansprak was dat ze zich zo goed met Anne Elliot kon identificeren. En dat is precies wat er bijzonder is aan Jane Austens werk: we kunnen ons nog altijd herkennen in haar tweehonderd jaar oude personages.


Wie wil er nou niet zo gevat zijn als Elizabeth Bennet of zo verstandig als Elinor Dashwood? Wie heeft er niet ooit spijt gehad zoals Anne Elliot, of zich laten meeslepen door haar fantasie als Catherine Morland? Over Emma Woodhouse zei Jane Austen dat ze een personage had bedacht dat niemand behalve zijzelf zou mogen. Maar zelfs met de bemoeizuchtige Emma kunnen we meeleven, omdat ze alles met de beste bedoelingen doet. En we weten toch hoe gemakkelijk het is om ons met anderen te bemoeien, zodat we niet over onszelf hoeven na te denken?


Maar Fanny Price uit Mansfield Park... Stille, verlegen, principiële, saaie Fanny. Heeft ooit iemand haar willen zijn?


Bij de meeste Austen-heldinnen is het niet moeilijk om je voor te stellen hoe hun leven er in deze tijd uit zou zien. Elizabeth Bennet zou een kritische en geestige columniste zijn, Emma Woodhouse een succesvolle eventplanner, de koelbloedige Anne Elliot redt levens als chirurg, Catherine Morland is het favoriete oppasmeisje in de wijk (de verhálen die ze voor het slapengaan vertelt!) en Elinor Dashwood zou het goed doen als maatschappelijk werkster.

Maar hoe zou het met Fanny gaan in 2014? Is ze assertiever, onafhankelijker en minder kleurloos dan haar versie uit 1814?


Om die vraag te beantwoorden stel ik me voor hoe haar Facebookpagina eruit zou zien. Natuurlijk heeft ze er een; niet omdat ze zoveel van zichzelf wil delen. Nee, Fanny is meer een lurker, iemand die leest maar niet schrijft, iemand die vanaf de zijlijn naar het spel kijkt. Vooral naar het spel tussen haar neef Edmund Bertram en hun gemeenschappelijke kennis Mary Crawford.


Fanny's persoonlijke pagina is vrij eenvoudig. Haar 'omslag' is een foto van de haven van Portsmouth. Uit jeugdsentiment, want inmiddels weet ze dat ze er nooit meer wil wonen. Het kalme en luxe leven dat ze op Mansfield Park leidt, heeft haar ongeschikt gemaakt voor het wonen in een vieze en drukke havenstad. Laatst bracht ze een bezoek aan haar ouders in hun krappe council house en dat was – zacht gezegd – geen succes. Terwijl haar vader de hele dag onderuitgezakt op de bank naar Deadliest Catch zat te kijken, was haar moeder voortdurend bezig haar ruziënde broertjes en zusjes uit elkaar te houden. De ruzies gingen meestal over wie er Candy Crush Saga op de iPad mocht spelen. Eén iPad voor zes kinderen, dat gaat natuurlijk nooit goed.


Dan Fanny's profielfoto. Dat is natuurlijk geen selfie; ze kijkt niet graag naar zichzelf. Daarom een foto van haar paard. Met op de achtergrond een klein hoekje van Mansfield Park, het landhuis waar ze nu al enkele jaren woont en dat ze weliswaar haar thuis noemt, maar waar ze zich nooit helemaal thuis voelt.


Veel Facebook-vrienden heeft Fanny niet. Dat vind ze ook niet erg. Uitnodigingen van mensen die ze niet of nauwelijks kent wijst ze af. Voor haar is het aantal vrienden dat iemand heeft op Facebook eerder een teken van onechtheid dan van populariteit.


Wat staat er op haar Facebook-muur? Ik denk dat Fanny anno 2014 een betrokken jonge vrouw is met een duidelijke mening. Nog steeds zal ze tijdens het avondeten haar mond niet open durven te doen, maar op internet laat ze gemakkelijker haar stem horen.

Een paar maanden geleden ondertekende ze een petitie tegen hedendaagse slavernij op cacaoplantages. Ze vulde haar gegevens in én nodigde anderen uit hetzelfde te doen (waaraan alleen Edmund gehoor gaf). En die oproep om iets te doen aan het gruwelijke lot van Angora-konijnen in China? Fanny sprong direct op de virtuele barricades om haar mening te laten horen. Ze heeft haar oom Sir Thomas niet nodig om te vertellen hoe het er aan de andere kant van de wereld aan toe gaat.


Waar Fanny zich aan stoort zijn de foto's van anderen die ze op haar Facebook-timeline voorbij ziet komen. Zoals die van Mary Crawford, uit het album 'Mansfield Partyyyyyy!!!'. Op die foto staat Mary achter een tafel met daarop een rij met volle drankglazen. Om haar heen een groep mannen die haar toejuichen. Edmund Bertram staat er tussen, een onzekere blik in zijn ogen.

'Ad fundum met de boys' heeft Mary bij de foto geschreven. Een paar foto's verder zijn de glazen leeg en hangt Mary levenloos in de armen van Edmund. 'Oeps, toch iets teveel', luidt het bijschrift. Op de achtergrond zien we Fanny met afkeurende blik toekijken, terwijl haar nicht Maria de glazen nog eens bijschenkt en Henry Crawford in de linkerbil knijpt.


Is het comazuipen op Mansfield te vergelijken met het repeteren voor het pikante toneelstukje Lovers' Vows, zoals in het boek gebeurt? En is het uitnodigen van vreemden om mee te doen aan dit toneelstuk hetzelfde als het plaatsen van foto's van een uit de hand gelopen feest op Facebook?

Ik blijf het moeilijk vinden. In Jane Austens andere boeken kan ik me niet alleen beter met de personages identificeren, maar zijn de sociale situaties meestal ook veel herkenbaarder. Ik begrijp Fanny wanneer ze een aanzoek van de onbetrouwbare Henry Crawford afwijst, maar snap minder goed waarom ze nooit eens voor zichzelf opkomt. En waarom ze zo'n partypooper is als de anderen gewoon leuk een toneelstukje willen opvoeren.


Zelf lees ik Mansfield Park zoals anderen naar een voetbalwedstrijd kijken. 'Doe je mond nou eens open', schreeuw ik als Mrs Norris weer eens onvergeeflijk grof tegen Fanny is. 'Eikel', scheld ik Edmund uit al hij weer eens als een puppy achter Mary Crawford aanhobbelt.

Soms heb ik de neiging om het boek dicht te slaan en uit het raam te gooien. Ik heb het nog nooit gedaan. Omdat ik geloof dat ik ooit van Fanny Price kan gaan houden. Van dat verlegen meisje, dat ondanks verzet van anderen haar principes trouw blijft.

Ooit zal het gebeuren, als ik oud en wijs ben. Maar nu nog even niet.

 

All rights reserved by Karin Quint

 

           


Karin Quint (1976) is freelance journalist en fotograaf. Na haar studie journalistiek schreef zij ruim zes jaar voor regionale dagbladen. Als freelancer (sinds 2005) werkte zij o.a. voor NRC.Next, NRC Handelsblad, het Financieele Dagblad en magazine Sprout.

In 2009 richtte zij de website JaneAusten.nl op, de Nederlandstalige website over Jane Austen. In 2012 besloot ze een Jane Austen-reisgids te schrijven; met haar Suzuki Swift reisde ze in 2013 enkele maanden door Engeland. Het Engeland van Jane Austen wordt in april 2014 uitgegeven door Dominicus.

 

Meer weten over Karin Quint ? Lees HIER het interview dat JASNL met Karin heeft gehouden.


                             

© Jane Austen Society NL. De teksten op deze website mogen niet doorgeplaatst worden zonder toestemming. Citeren mag alleen met bronvermelding. Neem contact op voor meer informatie via info@janeaustensociety.nl© Jane Austen Society NL. It's prohibited to use the content of this website without permission. Quoting only with acknowledgement of source. Please contact info@janeaustensociety.nl for more information.

JASNL © 2010 • Privacy Policy • Terms of Use                         Stichting Jane Austen Society Nederland   KvK. 34390259